Diverse eekhoornsoorten
Atrirufus, Bonte boom eekhoorn

Latijnse naam: Sciurus variegatoides Artirufus
Engelse naam: variegated artirufus squirrel
Kleur
Bijna zijn gehele lichaam is roodbruin van kleur. Van de ogen tot aan de staart loopt een smalle zwarte band. De staart is lichtgrijs van kleur.
Vergelijkbare soorten
Sciurus variegatoides thomasi - Sciurus variegatoides rigidus - Sciurus variegatoides dorsalis - zijn enkele van de meest bekende sciurus variegatoides soorten.
Voortplanting
Het vrouwtje werpt meestal 1 keer en zelden 2 keer per jaar een nest met vier tot zes jongen. Het vrouwtje paart in dezelfde periode met meerdere mannetjes. Dit gebeurt van februari tot en met april. Zodra het vrouwtje zwanger is begint ze met de bouw van haar nest. Ze verzameld bladeren en takken waarvan ze een stevige bal maakt tussen de aftakkingen in een boomtop. Na een draagtijd van 10 weken worden de jongen in het nest geboren.
Habitat
De S. variegatoides heeft een groot verspreidingsgebied en komt voor van Chiapas in Mexico tot aan het Panamakanaal in Panama. Ze komen voor van laag gelegen gebieden tot op hoogtes van maximaal 3000 meter. De soort past zich makkelijk aan diverse leefgebieden aan. Men komt ze tegen in diverse soorten bosrijke gebieden.
Verspreiding
Het beestje is overdag actief en leeft voornamelijk in de bomen. Tijdens zijn zoektochten naar fruit, bloemen, zaden, boomschors, paddenstoelen en soms insecten komt hij nauwelijks uit de bomen. Deze eekhoorn soort wordt dan ook zelden op de grond waargenomen. De populairste vruchten uit het dieet van deze eekhoorn zijn de mango, guave's, vijgen en kokosnoten. In tegenstelling tot de meeste eekhoorns legt deze soort geen voorraad aan maar zoeken het hele jaar door naar vers voedsel.
Himalayaanse Aziatische gestreepte eekhoorn

Latijnse naam: Tamiops macclellandi
Engelse naam: Himalayan striped squirrel
Uiterlijke kenmerken
SIGNALEMENT GROOTTE. Kop-romp lengte: 110-125 mm; staart: 100-140 mm; achtervoet: 28-32 mm. GEWICHT. 40-85 gr. KLEURAFTEKENING. Dorsale grondkleur: grijs-crème-bruin. Karakteristiek is het strepenpatroon: 5 donkere strepen (de middelste, dorsale streep; twee buitenste, laterale strepen; twee binnenste donkere strepen). De kleur van de donkere strepen varieert van bruin (T.m.inconstans), tot meer of minder duidelijk zwart, afhankelijk van de subspecies. De donkere strepen zijn in tegenstelling tot Eutamias sibiricus niet allen even breed: de dorsale streep is ca. 5 mm, de binnenste iets breder (ca.6 mm) en de laterale strepen zijn slechts 2 mm breed en veel korter (lengte ca. 25 mm.) dan de andere donkere strepen die over de hele romp lopen. Tussen de donkere strepen liggen 4 lichte strepen: een binnenste en een buitenste paar lichte strepen. Het buitenste paar lichte strepen zijn bij T.m. veel lichter en duidelijker dan de binnenste en karakteristiek is dat de buitenste op het schoudergebied zich sterk verbreden en in verbinding staan met de lichte streep op de kop (lopend vanaf de neus onder de ogen en oren naar achteren). Bij T.rodolphii zijn de buitenste en binnenste paar lichte strepen even breed en de binnenste zijn bijna even licht als de buitenste terwijl de dorsale donkere streep doorgaans door een dun lichtbruin streepje wordt verdeeld over zijn lengte. Bij T.m. varieert de kleur van de buitenste lichte strepen van licht creme-geel tot oranje-bruin, afhankelijk van de subspecies. Ventrale grondkleur: grijs-creme-geel-oranje met een creme-gele-oranje oranjerode rand afhankelijk van het subspecies en het seizoen. Karakteristiek voor het geslacht Tamiops is de aanwezigheid van witte pluimpjes op de oren. De staart is vergelijkbaar met die van Eutamias sibiricus: de staartharen zijn aan de basis bruin met vervolgens een zwarte band en wit aan het uiteinde. Het uiterste puntje van de staart is zwart.
Vergelijkbare soorten
VERGELIJKBARE GESTREEPTE EEKHOORNS IN NEDERLAND Eutamias sibiricus: de Boeroendoek Strepenpatroon: 5 donkere strepen met hiertussen 4 lichtere. De donkere zijn bij de Boeroendoek even breed als de lichtere. Funnambulus pennanti: Aziatische palmeekhoorn Verschillen in strepenpatroon: -de middorsale streep en het 2 paar laterale strepen met dezelfde kleur: -de witte bij Funambulus (5 lichte dorsale strepen) -de zwarte bij Tamiops macclellandii ( 5 donkere en 4 lichte dorsale strepen) -de vachtkleur tussen deze strepen: redelijk uniform van kleur bij Funambulus, terwijl Bij Tamiops m. de binnenste en buitenste paar lichte strepen in kleur verschillen. -de dominantste strepen: bij Funambulus de vijf (inclusief de middelste), bij Tamiops het buitenste paar van de vier strepen tussen de vijf en secundair de middelste van de vijf.
Voortplanting
VOORTPLANTINGSGEDRAG De Tamiops heeft geen voortplantingsseizoen maar is het hele jaar vruchtbaar afhankelijk van temperatuur en daglichtlengte. Als minimum temperatuur zou ik 15 oC aanhouden. Binnen gehouden dieren krijgen ca. 14 uur extra kunstlicht per dag(TL verlichting). Het paringsbereide moment geeft het vrouwtje aan met een luide, lange fluitende lokroep vaak van 's morgens vroeg tot 's avonds laat. Het vrouwtje heeft op dat moment een opgezwollen en roze vulva. Onder optimale omstandigheden is het vrouwtje om de ca. 14 dagen 1 dag paringsbereid. Voorafgaand aan de paring achtervolgt het mannetje zeer dominant, in hoog tempo het vrouwtje tot het moment dat het vrouwtje blijft zitten of hangen. Daarna volgt een copulatie waarbij het mannetje zich enkele seconden om het vrouwtje vastklemt en dus aan het vrouwtje hangt. Dit vrij wilde paringsgedrag gaat vaak enkele uren door, waarbij dan afwisselend het vrouwtje en vooral het mannnetje de fluitende lokroep laat horen. Een drachtig of anderszins niet paringsbereid vrouwtje maakt dit bij aandringen van een mannetje kenbaar met een wat knorrend geluidje en soms afschrikking door bijtneigingen. Een drachtig vrouwtje gaat zich steeds dominanter gedragen, zowel tegenover de vrouwelijke als de mannelijke hokgenoten en accepteert geen verstoring van haar nestkastje. Ook na de geboorte is het vrouwtje bijzonder fel op andere Tamiops. Meestal heeft het geen dodelijke afloop maar het veroorzaakt wel stress onder de dieren. Een Tamiops met jongen zal zeker de eerste dagen het nestkastje maar af en toe en voor korte tijd verlaten. Het moment van de partus kan men dus door observatie van het moederdier bepalen. Pasgeboren Tamiops maken geen geluid zoals de jongen van Eutamias sibiricus. Zijn ze wat ouder dan maken ze zachte piepende geluidjes in antwoord op hun moeder of een fluitende felle roep bij gevaar waarop het moederdier zeer alert reageert. Volwassen mannetjes die voor de fok worden gebruikt moeten apart gehouden worden omdat ze onderling erg agressief zijn, wat op zijn minst ernstige verminking tot gevolg heeft. Jonge mannetjes die niet samen met vrouwtjes gehuisvest zijn kunnen in een groep worden gehouden. Mijn ervaring is dat er geen continue stress ontstaat na het instellen van een hiërarchie. Voordat de rustsituatie is bereikt kan er onderlinge verminking optreden. Zodra de groepssamenstelling wordt gewijzigd leidt dit tot stress. Een groep van meerdere volwassen mannetjes en meerdere vrouwtjes moet worden ontraden omdat de onrust onder de mannetjes nadelig is voor de rust onder de vrouwtjes. Binnen een groep van meerdere vrouwtjes en een volwassen mannetje is minder agressie van de vrouwtjes onderling dan binnen een groep van alleen vrouwtjes.
Voer (in gevangenschap)
VOEDING De voeding van Tamiops mcc. is volledig vergelijkbaar met die van E.sbiricus, waarbij de Tamiops iets meer een fruiteter is. Essentieel is de aanwezigheid van plantaardige en dierlijke eiwitten. Van nature worden zaden, vruchten en insecten gegeten. Ze komen veel in fruitbomen voor maar ook schade aan graan is bekend. Het hoofdmenu bestaat uit een zadenmengsel (bv. 2 delen papegaaienvoer + 1 deel grof kippenzaad + 1 deel gemengd konijnenvoer + wat katten- of hondenbrokjes (400gram/4kg voer). Daarnaast dagelijks enkele meelwormen (1-3) en wat fruit. De meelwormen laat ik door een multivitaminen preparaat kruipen (Gistmix/Gistocal).
Hudson, Amerikaanse rode eekhoorn

Latijnse naam: Tamiasciurus hudsonicus
Engelse naam: Red squirrel
Uiterlijke kenmerken
De vachtkleur varieert behoorlijk. De kleur loopt van bruin tot bijna oranje. In de winter zijn er lange pluimen aan de oren zichtbaar. Er zijn ook wel grijs bruine exemplaren. De buik is wit of crèmekleurig. Lengte: 270–385 mm; Staart 92–158 mm; Hoogte 35–57 mm; Gewicht 140–252 g.
Vergelijkbare soorten
Douglas’s boomeekhoorn, deze is echter valer van kleur en de buik is niet wit of crème maar roodachtig tot grijs.
Voortplanting
Meestal 1, soms 2 nesten per jaar. Het eerste nest op het eind van de winter, rond eind maart. De vrouw is slechts 1 dag vruchtbaar en paringsbereid. Na 38 dagen worden de jonge eekhoorns geboren De nesten met meestal 3-5 jongen kunnen wel tot 8 jongen groot zijn. De jongen ontwikkelen zich snel en zogen 7 tot 8 weken. Daarna eten ze volledig zelf. Na 18 weken verlaten ze het nest.
Status
Geen bijzondere status met uitzondering van de Graham berg Amerikaanse rode boomeekhoorn (grahaminensis).
Habitat
Naaldbossen, loofbossen en gemengde bossen.
Verspreiding
Alaska tot geheel Canada en Noord Oost Amerika.
Solitair/koppel/groep?
Ja, verjaagt onder veel lawaai indringers uit zijn territorium.
Beschrijving
De Amerikaanse rode boomeekhoorn is het gehele jaar actief. In naaldbossen voedt het zich vooral op pijnboom pitten, overal hopen van afgewerkte pijnappels achterlatend. Zoals veel boomeekhoorns verzamelt deze eekhoorn voorraden voedsel in één of meerdere voorraadplaatsen. Naast grote hoeveelheden pijn en dennenappels voedt het zich met eikels, beuken- en andere noten, zaden van de bitternoot, tulp, ahorn, elsdoorn en iep, maar ook met bessen, vogeleieren, jonge vogels en paddenstoelen en schimmels. De nesten zitten vaak in een holle of gevallen boom, een hol in de grond, een heuveltje of in een vertakking in de boom.
Economie
Positief: Verspreiding van zaden, noten, vruchten en schimmels van groot belang. In Canada worden elk jaar zo’n 1 tot 3 miljoen dieren gevangen voor hun vacht.
Negatief: Schade aan jonge aanwas, Maple bomen (ahorn/esdoorn) en opgeslagen landbouwgewassen/oogsten.
Voer (in gevangenschap)
Eenvoudige eekhoorn om te voeren. Zolang het voer voor een groot gedeelte uit noten bestaat en verder afwisselend is doet de Amerikaanse rode eekhoorn het er goed op.
Bijzonderheden (in gevangenschap)
In gevangenschap doet de Amerikaanse rode eekhoorn het goed. Het is een zeer actieve eekhoorn. Door zijn niet te grote voorkomen is het zeer geschikt voor middelgrote volières. Zijn grote ogen geven het een vriendelijke uitstraling. Koppels die jong samengesteld worden kunnen goed samengehouden worden. Volwassen dieren laten zich moeilijk koppelen.
Oostelijke wangzakeekhoorn

Latijnse naam: Tamias striatus
Engelse naam: eastern chipmunk
Uiterlijke kenmerken
Roodbruin van boven, buik wit. Kenmerkend is de witte streep die aan de zijkanten van het lichaam lopen. Lengte: 215-299 mm; Staart 78-113mm; Hoogte 32-38mm; Gewicht 66-139 g.
Vergelijkbare soorten
Deze eekhoorn heeft vele soortgenoten in de Tamias lijn. Vele hiervan zijn Amerikaanse soorten maar er zijn ook Aziatische soorten. Voor de Tamias Minimus lijkt erg veel op de Tamias striatus. De Minimus heeft echter 4 witte strepen. Een soort waarmee het vaak verward wordt bij de eekhoornliefhebbers is de Tamias Sibiricus, de Siberische boeroendoek.
Voortplanting
Er zijn 2 paartijden hoewel ze vaak 1 netst per jaar grootbrengen. Zoals bij de meeste eekhoorns is de eerste paartijd van februari tot april, de tweede begint eind juni en duurt tot augustus. Vaak 4 of 5 jongen, er zijn wel nesten bekend tot 9 jongen. Het vrouwtje fluit als ze paringsbereid is. De jongen blijven in de burcht tot ze 6 weken oud zijn.
Status
Geen bijzonderheden
Habitat
Nest het liefst in gebieden met rotsspleten, rottende bomen en gaten in omheiningen. Minder prettig vinden ze dicht bos waar het zonlicht niet doorbreekt. Komen veel voor in open loofbos, bosranden, struikachtige gebieden, in struikgewas en gemetselde omheiningen van begraafplaatsen en huizen. Ze leven in holen die eenvoudig kunnen zijn of uit complexe systemen kunnen bestaan.
Verspreiding
Noord Amerika tot Zuid Oost Canada.
Solitair/koppel/groep?
Solitair, territoriaal.
Beschrijving
De Oostelijke boeroendoek houdt een winterslaap vanaf het einde van de herfst tot het begin van de lente. Een echte winterslaap is het niet, elke 2 weken wordt het dier wakker om wat te eten. In essentie een grondeekhoorn, voedt deze eekhoorn zich net als de Oostelijke grijze eekhoorn en de Vos eekhoorn met eikels en walnoten. Als aanvulling eet het zaden en andere plantaardig materiaal en wat dierlijke voedingstoffen. Er worden voorraden aangelegd, waar bovenop het dier nest. Zowel man als vrouwen maken veel geluid. Er zijn 2 verschillende geluiden: een trillende chip-chip-chip (vandaar de naam chipmunk) dat snel herhaald word, en een lager en langzamer chuckchuckchuck. De langstaart wezel is het roofdier dat de grootste bedreiging vormt voor de Tamias striatus. De Oostelijke boeroendoeks leven solitair en verdedigen hun kleine territorium rondom hun hol. Er is een behoorlijke competitie tussen de mannen gedurende de paartijd.
Economie
Geen rol van betekenis.
Voer (in gevangenschap)
Mix van 50% noten/pitten, 30% granen en andere plantaardige voedingstoffen, 10% dierlijke eiwitten en 10% fruit.
Bijzonderheden (in gevangenschap)
Is vaak lastig als koppel te houden. Soms gaat het even goed waarna er in de paartijd toch weer gevechten ontstaan.
Prevost's pracht eekhoorn

Latijnse naam: Callosciurus prevostii
Engelse naam: Prevost's squirrel
Uiterlijke kenmerken
In het algemeen zijn de eekhoorns zwart van boven en kastanje bruin van onderen, met een wite streep tussen het zwart en de kastanje bruine onderkant. Veel subsoorten hebben een prominente verkleuring van de schouder die zwart, grijs, rood, wit of een mix van deze kleuren. De kleur van de vacht varieert tussen de verschillende soorten. De vacht is dik maar niet zacht. Gemiddelde gewicht is 0,5 kg. De mannetjes en vrouwtjes hebben een gelijke vacht. Ze zijn bilateraal symmetrisch.
Vergelijkbare soorten
De Prevost heeft veel ondersoorten zoals de Bangkanus, carimonensis, humei, borneoensis.
Voortplanting
Hoewel het broedseizoen het hele jaar doorgaat, worden de meeste jongen geboren tussen juni en augustus. De draagtijd is ongeveer 40 dagen. In gevangenschap worden er 1 tot 4 jongen geboren. Het aantal zwangerschappen in centraal Malaysië is sterk gerelateerd aan de hoeveelheid regen. De net geboren jongen wegen ongeveer 16 gram. De CP woont graag in holle bomen of maakt een takkennest.
Status
De CP eekhoorns zijn niet bedreigt. Hoewel de habitat vernietiging en de dierenhandel wel invloed hebben op de aantallen voorkomende eekhoorns. Veel van de habitat waar deze soorten voorkomen worden bedreigt of verkeren in een kritische fase. Een voorbeeld hiervan zijn de regenbossen van de Malaisische regenbossen en de Sumatraanse laagland regenbossen. • IUCN: Not Evaluated • U.S. MBTA: 1 • CITES: No special status.
Habitat
De habitat van de CP varieert tussen de soorten. In noord Borneo wonen ze in de kleinere bomen in oude bossen. In west Malaysië wonen ze in het hoge bos. Ze nesten in holle bomen of maken nesten van takken en bladeren.
Verspreiding
De CP komt van nature voor in Zuid Oost Azië. Zo is deze prachtige eekhoorn te vinden in Thailand, Indonesië, Malaysië en veel kleine eilanden van Oost Indië. De noordelijke grens van zijn voorkomen ligt in Zuidoost Thailand.
Solitair/koppel/groep?
De CP leeft solitair hoewel het wel andere toelaat in zijn leefgebied. Soms worden ze gezien in groepen terwijl ze eten. Bijvoorbeeld als de vijgen rijp zijn.
Zwartstaart prairiehond

Latijnse naam: Cynomys ludovicianus
Engelse naam: black-tailed prairie dog
Uiterlijke kenmerken
De mannen zijn 36-42 cm, waarvan 7-10 cm staart. Vrouwen zijn iets kleiner. Overwegend kaneel-zeemkleurig zonder patroon in de vacht. De onderkant is lichter, de punt van de staart is zwart.
Vergelijkbare soorten
Geen enkele andere prairiehond heeft een staart met een zwarte punt. Verder lijkt de wit staart prairiehond veel op dit soort.
Voortplanting
Prairiehonden paren één keer per jaar. Na 30 dagen worden 2-8 jongen geboren. Veel jongen worden vermoord door andere volwassen vrouwen uit de kolonie.
Status
Geen bijzonderheden.
Habitat
De prairiehond bewoont een relatief beperkte vlakte van open, vlak droog grasland, zogenaamde kortgras prairies. Ze leven nooit in natte gebieden.
Verspreiding
Centraal Texas tot net boven de grens met Canada.
Solitair/koppel/groep?
Nee, leven in complexe structuren samen in Steden, verdeeld in afdelingen met "buurtschappen".
Beschrijving
Prairiehonden zijn dagactieve dieren. Prairiehonden zijn de meest sociale dieren van de “in de grond wonende” eekhoorns. Prairiehond kolonies of steden kunnen duizenden individuen bevatten die in een gebied tot zo’n 40 hectare met elkaar samenleven. Prairiehonden staan al lang bekend om hun grote mate van sociaal gedrag. Er wordt veel gespeeld, ze verzorgen elkaars vacht en er is veel vocale communicatie. De gemiddelde levensverwachting van de prairiehond is 7 tot 8 jaar. De burchten hebben een kegelachtige entree en uitgangen. Dit voorkomt het onderlopen met water en dient als uitkijkpost waarop de prariehonden vaak op hun achterwerk zitten om hun omgeving te verkennen en uit te zien voor gevaar. De openingen zitten op verschillende hoogten om ventilatie van de lucht te forceren.
Economie
Positief: De prairiehond werd veel gegeten. Negatief: Ze kunnen oogsten vernielen, concurreren met schapen om voedsel en hun holen kunnen een gevaar opleveren. Ze kunnen ziekten overbrengen.
Voer (in gevangenschap)
Belangrijk is dat deze eekhoorn geen "eekhoornvoer" krijgt. Hoewel de noten en zonnebloempitten zeer enthousiast ontvangen worden is dit veel te vet. Een basis van gras en kruiden aangevuld met wat eiwitten is een goede basis als voer. Af en toe een zonnepit of nootje uit de hand is prima voor training.
Bijzonderheden (in gevangenschap)
Nooit alleen houden. Probeer groepen te maken met enkele vrouwen en 1 of 2 mannen. Klimmen (gaas) kan funnest zijn door vallen.